Het JeugdTheaterFestival in Podium Zuidhaege is in twee decennia uitgegroeid tot een begrip in Assen. Voor programmeur Anna Abdulova een moment om terug en vooruit te kijken. ‘Hier begint de artistieke opvoeding.’
Toen het Mercuriustheater in 2014 noodgedwongen de deuren sloot, wilde programmeur Anna Abdulova (??) er alles aan doen om het JeugdTheaterFestival, dat daar al jaren iedere herfstvakantie werd gehouden, te laten voortleven. Acht jaar later viert ze, dit keer in Podium Zuidhaege, de twintigste verjaardag van het festival. Een bijzonder moment waarop de geboren Armeense met weemoed terugblikt op haar eerste schreden in de Asser kunstwereld, maar ook nadenkt over de toekomst van het jeugdtheater in Drenthe.
De geest van het Mercuriustheater
„Met het organiseren van het JeugdTheaterFestival probeer ik de geest van het Mercuriustheater levend te houden”, legt ze uit in haar kantoor in Podium Zuidhaege. „Dat doe ik uit dankbaarheid voor de kans die ik daar in 2010 kreeg. Het moment dat ik van toenmalig directeur Henk Bakx een baan aangeboden kreeg, was het gelukkigste van mijn leven.”
De liefde voor theater zit zichtbaar diep bij Abdulova. Met veel passie vertelt ze hoe ze in haar eigen jeugd iedere zaterdag met haar oma het operagebouw in de Armeense hoofdstad Yerevan bezocht en hoe belangrijk het werk van haar voorgangers Henk Bakx en Bert Naarding is geweest om ook in Assen het theater toegankelijk te maken voor de jongste generatie.
„In het jaar 2000 kreeg het Mercuriustheater 5.000 gulden van de gemeente Assen om een jeugdtheaterfestival op te zetten”, zegt ze. „Daar moesten alle disciplines voorbijkomen, zodat kinderen kennis konden maken met wat theater allemaal te bieden heeft. Van het Mercuriustheater zelf is niets meer over, maar ik heb met veel pijn en moeite toch het JeugdTheaterFestival kunnen behouden. Dat het nu nog steeds bestaat, is voor mij een grote overwinning.”
Concentratieboog
De theaterwereld heeft het moeilijk gehad in coronatijd en ook met het jeugdtheater als discipline gaat het de laatste jaren slechter, ziet Abdulova. Kinderen zijn meer bezig met gadgets en gewend aan snelle beelden. De concentratieboog is minder.
„In het theater moet je zitten, kijken en is er een heel andere interactie. Toch geloof ik dat theater weer in de lift gaat komen. De komende jaren gaat het theater meebewegen met de tijd en weer dezelfde taal spreken als de kinderen van nu.”
Dat laatste gebeurt al steeds meer, ziet ze. „Nieuwe voorstellingen hebben bijvoorbeeld meer volwassen humor. Dat zou tien jaar geleden niet kunnen, maar kinderen van nu weten meer en zijn veel minder naïef dan vroeger. Dat weten theatermakers ook. Leuke bijkomstigheid is dat de huidige voorstellingen ook voor ouders een stuk leuker zijn.”
Dat jeugdtheater meegaat met de tijd en de jongste generatie blijft aanspreken, is volgens Abdulova van groot belang. „Door bijvoorbeeld sociale media zit de jeugd in een virtuele realiteit. We zijn het contact met het echte leven verloren en het theater kan een mooie rol spelen om dat contact terug te vinden. En theater is ook niet de echte wereld, maar je ziet wel echte mensen die echt bewegen, spreken, huilen, lachen en zoenen. Je leert hier over het leven, het geeft stof tot nadenken. Ook voor kinderen.”
‘Van te veel subsidie word je lui’
Denkt de gemeente er ook zo over? De subsidie is in twintig jaar tijd nooit verhoogd. Niet erg, vindt Abdulova. Natuurlijk probeert zij samen met manager André Arends via allerlei kanalen extra geld op te halen, maar van te veel subsidie word je alleen maar lui. Bovendien is het een veel grotere uitdaging om een mooi festival neer te zetten als het budget laag is. Dat dit ieder jaar weer lukt maakt haar trots.
„Ik heb voorstellingen geboekt die eigenlijk onbetaalbaar zijn”, zegt ze. Hoe? Ze schiet in de lach. „Ik bel gewoon het impresariaat van die artiest en dan leg ik uit waarom het zo belangrijk is dat ook de jeugd in Assen het theater leert kennen. Ik wil dat kinderen in Assen hetzelfde voorgeschoteld krijgen als kinderen in Amsterdam. Ik ga niet zielig doen, maar ben wel eerlijk. En dat helpt.” Even denkt ze na. „Oh ja, ik kook ook altijd voor de artiesten. Dat onthouden ze.”
Voorafgaand aan de voorstellingen staat Abdulova altijd de jeugd op te wachten. Om de spelregels uit te leggen bijvoorbeeld. „Hier begint de artistieke opvoeding. Als we willen dat theaters en schouwburgen blijven bestaan, moeten we ons toekomstige publiek opvoeden. Dat klinkt hard, maar kinderen moeten leren dat je respect toont en stil bent als iemand op het podium staat. En dat je niet popcorn gaat zitten eten zoals bij de film, of om de vijf minuten opstaat om naar de wc te gaan. Als we ons aan die regels houden, wordt het theater een magische wereld. Bij sommige voorstellingen zitten kinderen een uur lang ademloos te kijken.”
‘Zorgen zijn er altijd’
Om twintig edities JeugdTheaterFestival in Assen te vieren, is er een speciale, eenmalige openingsavond op vrijdagavond 14 oktober. Bovendien kunnen kinderen deze herfstvakantie voor het eerst ook zelf meewerken aan een theaterproductie.
„Ook staan we stil bij ons twintigjarig jubileum. Deze editie moet een ode worden aan het oude Mercuriustheater en Henk Bakx”, zegt Abdulova. „En uiteraard blijven we kijken hoe we het JeugdTheaterFestival kunnen verbeteren.”
Zo wil Abdulova in de toekomst toneelgroepen en artiesten boeken uit landen waar het niet meer vanzelfsprekend is om op te treden. Vanuit Assen iets betekenen voor de theaterwereld en samenwerken met theaters in verre oorden, dat is de droom. Klinkt ambitieus, maar het aantal bezoekers van het festival daalt de laatste jaren. Zijn er geen zorgen over de toekomst? „Altijd”, klinkt Abdulova strijdbaar. „Zonder zorgen en twijfels ontstaat geen kunstzinnig proces en zonder kunstzinnig proces besta ik niet. Alleen als ik mij zorgen maak, bereik ik wat ik wil bereiken.”